Voor een maximale financiele opbrengst van de bieten is een goede planning essentieel. Probeer het teeltcontract zo precies mogelijk na te komen zonder ‘surplus bieten’ te telen. In principe moet hiervoor met de gemiddelde opbrengst van de laatste teeltwisseling worden gerekend. Het is ook belangrijk om rekening te houden met het suikergehalte, want het is de suiker, en niet de biet, die uiteindelijk aan de fabriek wordt verkocht en afgerekend.
Als er ondanks een goede planning bieten worden geproduceerd buiten het teeltcontract om (zogenaamde overbieten), is het in individuele gevallen mogelijk om deze bieten, waarvoor de suikerfabriek minder betaalt dan voor contractbieten, te gebruiken in een biogasinstallatie of als veevoer. Daar is de waarde vaak hoger dan buiten het teeltcontract met de suikerfabriek. Suikerbedrijven betalen goede premies voor vroege of late levering om de fabriek zo lang mogelijk optimaal te kunnen benutten. Als het ondanks een vroege levering van de bieten lukt om de vroegleverpremie af te romen en het contract na te komen, wordt het opbrengstverlies vaak ‘overgecompenseerd’!
Hetzelfde geldt voor late levering. Als het mogelijk is om de bieten laat te oogsten zonder dat dit nadelen oplevert voor het volgende gewas (voorjaarsgewassen) of schade aan de bodem door een te natte verwerking (bijvoorbeeld op milde lössgrond), dan zijn de laattijdige leveringspremies zeker interessant.
Bietenrassen met een hoog suikergehalte zijn altijd interessant wanneer de bietenopbrengst beperkt is (bijvoorbeeld door vroege oogst of een ‘slechte’ ligging). Op betere locaties en als er meer groeidagen kunnen worden benut zijn rassen met een hogere opbrengst vaak in het voordeel.