terug

Rhizoctonia

Wat zijn de typische symptomen van rhizoctonia en waar komt rhizoctonia voor?

Rhizoctonia (Rhizoctonia solani) is een schimmel die wereldwijd veel voorkomt. Verschillende groepen van de rhizoctoniaschimmel (anastomosegroepen) veroorzaken schade aan suikerbieten, maar ook aan aardappelen, granen, koolzaad, maïs, soja, enzovoort.

Een nauwe volgteelt van suikerbieten, schade aan de structuur van de bodem en een hoge bodemvochtigheid bevorderen de ontwikkeling van rhizoctonia. Ook grote hoeveelheden niet verrotte organische stof (maïsstro) kunnen de besmetting met rhizoctonia versterken. Een andere voorwaarde die de plaag bevordert is zware regenval (beregening) in combinatie met hoge temperaturen.

Symptomen op het blad:

  • Bladeren verwelken en verdrogen van buiten naar binnen.
  • De dode bladeren liggen in stervorm rond de biet.
  • De hartbladeren blijven groen.
  • Verspreid in nesten, later verspreid over het hele areaal.

Symptomen bij de wortel (droogrot):

  • Droogrot, beginnend net onder het oppervlak bij de hypocotyl.
  • Rottende vlekken zijn donkerbruin, verzonken en reiken tot diep in het bietenlichaam.
  • Hele planten verschrompelen en sterven af(mummificatie).
  • Witte schimmellaag.
  • De biedt rot van buiten naar binnen.

De symptomen van rhizoctonia kunnen gemakkelijk worden verward met Ditylenchus dipsaci, gordelschurft en boortekort.

Het opbrengstverlies als gevolg van de rhizoctonia-aantasting kan in de suikerbietenteelt sterk variëren. Zelfs een lichte aantasting kan een sterke daling van het suikergehalte en de kwaliteit veroorzaken. Afhankelijk van het tijdstip van besmetting en de grootte van het aangetaste bietenareaal kunnen de verliezen in de bietenopbrengst in extreme situaties zelfs meer dan 50% bedragen.

Hoe voorkom ik rhizoctonia en hoe kan ik rhizoctonia bestrijden?

  • Rhizoctonia kan alleen worden bestreden met maatregelen voor de akker- en plantenteelt; er zijn geen goedgekeurde fungiciden voor de behandeling van de schimmel.
  • Langdurige volgteelt voor suikerbieten, ten minste vier jaar.
  • Intensief verkleinen en inwerken van gewasresten, met name maïsstro.
  • Oogst en grondbewerking alleen onder droge en gunstige bodemomstandigheden.
  • Bevorderen van het bodemleven en verbeteren van de bodemstructuur door diepwortelende tussengewassen, zoals olieradijs.

Calculator Blader door de vacatures Quiz Quiz